Zie de Inhoudsopgave en Opmerkingen van de bewerker aan het eind van deze tekst.

ANEKDOTEN.


Portret van Van Lennep


VERMAKELIJKE
ANEKDOTEN,
EN
HISTORISCHE HERINNERINGEN.


EEN NALATENSCHAP
VAN
Mr. J. VAN LENNEP.

Fancy line

AMSTERDAM,
GEBROEDERS KRAAY.
1870.

Fancy line

Deze Anekdoten waren bestemd voor eene uitgebreideverzameling, welke Mr. J. van Lennep wilde bijeenbrengenen in het licht zenden. De gevierde schrijver heeftdien arbeid niet mogen voltooien, maar toch had hij bijzijn betreurd afsterven reeds een aantal wetenswaardigeen vermakelijke bijzonderheden verzameld[1] en bewerkt,die een vrij goed afgerond geheel vormden en bij gedeeltenin een maandschrift werden opgenomen. De uitgeversmeenen velen een genoegen te doen met deze nalatenschapvan onzen begaafden landgenoot thans in haar geheel inruimer kring verkrijgbaar te stellen.

[1]Vooral uit den Dictionnaire d’Anecdotes, waarmede van lennepzeer ingenomen was.


[7]

Afgezanten.—Er zijn, of er waren vroeger althans,Soevereinen, die gaarne zagen, dat een Gezant zich inhun tegenwoordigheid niet op zijn gemak bevond. Zooverhaalt de Baron van Bielfeld in een zijner werken, datLodewijk XIV, gehoor verleenende aan den Baron vanPentenrieder, die den naam had dat hij nooit van zijnstuk geraakte, wrevelig werd toen hij bespeurde, hoeweinig indruk zijne tegenwoordigheid maakte op dien Gezant.Hem in verlegenheid willende brengen, viel hijhem in de rede bij de eerste woorden van zijn aanspraak,die aldus begon: „Sire, de Keizer, mijn meester, zendtmij tot Uwe Majesteit, om....” „Wat luider, mijn Heerde Gezant,” zei de Koning op hoogen toon. „Wat hooger?”herhaalde de andere, zonder zich verlegen te toonenen hervatte: „De Keizer, mijn meester, Sire, zendt mij,”enz., nu den Keizer ’t eerst noemende en zijn aanspraakmet vrijmoedigheid voortzettende.—Die wijze van zichtegenover den Koning te gedragen, voegt de Schrijverer bij, deed eer aan het kloek vernuft van den Heer vanPentenrieder; maar of hij er de belangen van zijn meesterdoor bevorderde, is een andere vraag.

Toch betaamt het een Gezant steeds de waardigheid[8]op te houden van den Vorst of den Staat, die hem gezondenheeft. Dit deed o. a. een Spaansche Gezant tegenoverHendrik IV van Frankrijk, bij gelegenheid dat deze,na een vrij hevige woordenwisseling, had uitgeroepen:„Als ’t mij invalt, dan stijg ik te paard, ga te Milaanontbijten, te Rome de Mis hooren en te Napels middagmalen.”—„Sire,”zei hierop de Gezant, „als Uwe Majes

...

BU KİTABI OKUMAK İÇİN ÜYE OLUN VEYA GİRİŞ YAPIN!


Sitemize Üyelik ÜCRETSİZDİR!